woensdag 1 juli 2020

Meneer de President, slaap zacht.




Ieder jaar zijn er wel een aantal landen die presidentsverkiezingen houden - wat ook niet verwonderlijk is, want de republiek is intussen de meest voorkomende staatsvorm in de wereld. Wanneer ze dat in de VS doen, zoals dit jaar in november, dan kijkt echt de hele wereld mee. Maar, waar komt het woord vandaan, wat betekent het eigenlijk en wie kwam er op het idee om het te gebruiken om het staatshoofd mee aan te duiden?

Meneer de voorzitter
Een eerste belangrijke constatering is dat ze het woord in zowat alle westerse talen gebruiken, meest in de betekenis van leider of leidster van een vergadering, bedrijf, vereniging of rechtbank, maar vooral van een land.  Maar de notie van leider/leidster is eigenlijk etymologisch niet helemaal correct. Het woord is afgeleid van het Latijn ‘praesidere’, voorzitten. In het Frans bestaat trouwens ook het werkwoord ‘présider’, dat precies dezelfde betekenis heeft. Een ‘praesidens’ is dus in oorsprong iemand die een vergadering of een raad voorzit, wat nog niet hetzelfde is als de organisatie leiden. Zie maar naar onze kamer en senaat* : die hebben allebei een voorzitter (in het Frans een Président/e) en, toegegeven, die man of vrouw heeft ook de leiding als het aankomt op het aansturen van de vergadering van die organen. Het is een functie met belangrijke verantwoordelijkheden, dat wel, maar niet te vergelijken met die van staatshoofd. Ook in bedrijven en organisaties is de voorzitter veelal iemand die een raad van bestuur voorzit, maar niet degene die belast is met de dagelijkse leiding van de organisatie.

Mister President
De president als staatshoofd, als leider van een land, is eigenlijk een redelijk recent verschijnsel. Een president staat namelijk aan het hoofd van een republiek. Dat is een staatsvorm die al ver teruggaat in de tijd. Denk maar aan o.a. de Romeinse republiek, de republieken Venetië, Genua, Firenze, Siena, Novgorod, de Republiek der Zeven Verenigde Provinciën (Nederland) en het kortstondige avontuur met het Engelse Gemenebest (1649-1660). Geen van deze voorbeelden had echter een President, zie het lijstje onderaan. De eerste President-staatshoofd lijkt die van de VS te zijn geweest, toen dat land in 1776 zijn onafhankelijkheid van Groot-Brittannië bevocht. George Washington was dus misschien wel de eerste ‘president’ (van 1789 tot 1797) in de geschiedenis wiens taakomschrijving wat uitgebreider was dan het voorzitten van een vergadering. Na de VS was het hek van de dam, haast overal waar nieuwe staten werden opgericht, kozen ze voor een republiek, onder leiding van een president, behalve in Europa dan.

Monsieur le Président
Frankrijk werd na zijn revolutie van 1789 wel een republiek, maar het duurde een tijdje voor ze daar met een president gingen werken. Aanvankelijk hielden ze het bij een orgaan van vijf raadsleden, het ‘Directoire’. Napoleon introduceerde in 1799 na een staatsgreep de titel van ‘eerste consul’ (en dat was natuurlijk hijzelf). Vervolgens werd Frankrijk een keizerrijk, dan weer een monarchie, en vanaf 1848 voor de tweede keer een republiek, nu voor het eerst ook met een ‘Président’ aan het hoofd van de staat. Dat was Louis-Napoléon Bonaparte, die president zou zijn van 1848 tot 1852… om zich dan in navolging van zijn beroemde oom uit te roepen tot keizer Napoleon III (laat u niet misleiden: er is nooit een Napoleon II geweest – het nummer II werd overgeslagen uit respect voor de zoon van Napoleon I, die nooit de kans kreeg om in de voetsporen van zijn pa te treden). Volgt u nog?
Het is pas vanaf de Derde Republiek (1870-1940) dat Frankrijk kan spreken van een vrijwel onafgebroken opeenvolging van presidenten. Tijdens WO II werd de Republiek even onderbroken door het Vichy-regime en later doordat het volledige land door de Duitsers werd overgenomen, maar daarna gingen ze verder met een Vierde (1946-1958) en Vijfde Republiek (1958 – heden), geleid door een Président.

Republieken in de meerderheid
Over het algemeen leken ze in Europa gedurende de negentiende eeuw nog een (on)gezonde afkeer te hebben van de republikeinse staatsvorm, en veel presidenten kwamen er dus niet bij op het oude continent: Nederland was na 1815 niet langer een republiek, maar werd een koninkrijk. Toen België onafhankelijk werd, in 1830, kozen ze – mede onder druk van de Europese grootmachten – voor een monarchie als staatsvorm, en ook de opeenvolgende nieuwe staten die in Europa ontstonden werden haast zonder uitzondering monarchieën: Italië, Duitsland, Oostenrijk-Hongarije, de Balkanstaten…
Intussen telt de wereld – ook Europa - meer republieken dan monarchieën, ook al wil dat dan weer niet altijd zeggen dat de president overal dezelfde bevoegdheden heeft. In de VS, Brazilië, Rusland en China is de President bijvoorbeeld politiek de hoogste leider van het land, met een grote machtsconcentratie in zijn ‘nederige’ persoontje. Maar in landen als Duitsland, Italië en Israël heeft de President meer een ceremoniële titel, en ligt het effectieve bestuur in handen van de Eerste Minister.
Presidenten zijn, jammer genoeg, ook nog bijlange na niet altijd verkozen door het volk of zijn vertegenwoordigers – en dan spreken we meestal over een dictatuur. Noord-Korea spant de kroon: hier is de titel van president zelfs een familiezaak geworden, iets wat ze van vader op zoon doorgeven – een echte dynastie dus, zoals bij monarchieën het geval is.

En België? Dat is dus een parlementaire monarchie en over wie er nu eigenlijk de leiding heeft in dit land, wel daar kunnen we nog wel een tijdje over doorgaan. Een eenduidige conclusie bereiken zal echter niet eenvoudig zijn…

* momenteel (juni 2020) wordt de Belgische Senaat voorgezeten door Sabine Laruelle (MR), en de Kamer van Volksvertegenwoordigers door Patrick Dewael(VLD). Het Vlaamse Parlement heeft als voorzitter Liesbeth Homans (N-VA), en in het Waalse Parlement is dat Jean-Claude Marcourt (PS). Flink wat presidenten dus, in België, maar het land wordt niet door hen geleid. Wel is de regeringsleider van de deelregeringen een Minister-President, maar de leider van het land is wel degelijk een Eerste Minister, en het staatshoofd, dat is nog altijd een koning.

____________________________

Staatshoofden van de ‘oude’ republieken
Romeinse Republiek (van ca. 500 v.Chr. tot 27 v.Chr): Consul
Venetië (726-1797): Doge
Genua (1136-1476): Consul
Firenze (1115-1531): Gonfaloniere (delle giustizia), ofwel Vaandeldrager (van de Gerechtigheid)
Siena (1125-1555): Consul
Novgorod (1136-1476): Aartsbisschop
De Zeven Provinciën (Nederland – 1588-1795): Stadhouder
Engelse Gemenebest (1649-1660): Lord Protector

____________________________


Wereldkaart van de Monarchieën en republieken op heden – Grijze landen : republiek, gekleurde landen zijn een of andere vorm van monarchie (Copyright Washington Post)



Geen opmerkingen:

Een reactie posten